|
|
Art. 7.
|
|
25/04/2004
|
Op de voordracht van de Ministers van wie de organismen afhangen en van de Minister van Financiėn, kan de Koning de algemene en bijzondere regelen bepalen betreffende:
|
|
25/04/2004
|
1° vorm en inhoud van de begroting;
|
|
25/04/2004
|
2° de comptabiliteit;
|
|
25/04/2004
|
3° de overlegging van de rekeningen;
|
|
25/04/2004
|
4° de periodieke toestandsopgaven en verslagen.
|
|
25/04/2004
|
De comptabiliteit van de organismen die overeenkomstig hun statuten een commerciėle, financiėle of industriėle activiteit aan de dag te leggen, wordt volgens handelsmethode ingericht.
|
|
25/04/2004
|
Het statuut van het organisme bepaalt de wijze waarop de netto winsten aangewend worden, alsook de belangrijkheid van de bedragen die kunnen worden weerhouden op deze winsten om te worden overgedragen naar de reserve zonder bepaalde aanwending. Het bepaalt eveneens het maximumbedrag van deze reserve.
|
|
25/04/2004
|
Behoudens andersluidende bepalingen van de organieke wet of van het statuut waaronder het valt, maakt ieder organisme van openbaar nut, met de goedkeuring van de Minister van wie het afhangt en van de Minister van Financiėn, de regels op in zake:
|
|
25/04/2004
|
1° de vaststelling der winsten;
|
|
25/04/2004
|
2° de wijze van schatting der bestanddelen van het vermogen;
|
|
25/04/2004
|
3° de wijze van berekening en de vaststelling van het maximumbedrag:
|
|
25/04/2004
|
a) van de afschrijvingen;
|
|
25/04/2004
|
b) van de dotaties voor de vernieuwingsfondsen;
|
|
25/04/2004
|
c) van de speciale reserves en andere provisies die noodzakelijk zijn wegens de aard der werkzaamheden van het organisme.
|