Statistieken over individuele zorgverleners - Methode voor de telling
Algemene uitleg en commentaar bij de statistieken over het aantal individuele zorgverleners
Op deze pagina:
Wat bevatten onze statistieken over zorgverleners ?
De tabellen over de individuele zorgverleners die we jaarlijks publiceren omvatten de officiële cijfers gebruikt voor internationale statistieken (OESO, de WGO, Eurostat) voor actieve beroepsbeoefenaars in België. Ze waren oorspronkelijk bedoeld voor het beheer van de verzekering voor geneeskundige verzorging, maar worden nu gebruikt voor zeer uiteenlopende doeleinden, bv. planning , internationaal vergelijkend onderzoek.
We gebruiken de volgende benamingen:
- zorgverleners: beroepsbeoefenaars met het recht om prestaties te verrichten in het kader van de verzekering voor geneeskundige verzorging en inrichtingen/instellingen in het kader van de verzekering
- beroepsbeoefenaars met het recht om prestaties te verrichten in het kader van de verzekering voor geneeskundige verzorging die vroeger “zorgverleners in activiteit” werden genoemd
- actieve beroepsbeoefenaars op basis van bepaalde activiteitscriteria die vroeger “zorgverleners met een activiteit of met een profiel” werden genoemd.
De tabellen bevatten niet de beroepsbeoefenaars die verzorging verlenen buiten de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, en ook niet degenen die niet-verzorgende functies uitoefenen in het gezondheidssysteem (bv. arbeidsarts, enz.). Ze bevatten ook niet de loontrekkende beroepsbeoefenaars (die dus niet attesteren) in ziekenhuizen, in revalidatiecentra, in het kader van beschermd wonen of in psychiatrische verzorgingstehuizen.
De categorie van de zorgkundigen is niet meer opgenomen in de tabelen. Immers, sinds juni 2010 gebeurt de registratie van de zorgkundigen door de Federale overheidsdienst Volksgezondheid. Het RIZIV beschikt dus niet meer over een globaal overzicht.
Zorgverleners die in woonzorgcentra werken (verpleegkundigen, kinesitherapeuten, enz.) zijn vanaf 2018 niet langer opgenomen in de praktijkstatistieken.
Hergroepering van de bevoegdheden
De in de statistieken vermelde specialismen en beroepen zijn gegroepeerd volgens hun bevoegdheidscode.
Opdat verzorging door gezondheidsprofessionelen zou terugbetaald worden, moeten die professionelen bij het RIZIV ingeschreven zijn. Het RIZIV kent een bevoegdheidscode van 3 cijfers toe volgens het specialisme. Die bevoegdheidscode maakt deel uit van het RIZIV-nummer.
Hergroepering van de medische specialismen
De medische specialismen omvatten de gediplomeerden in de geneeskunde (“artsen” in de tabellen) en de tandheelkundigen (“tandartsen” in de tabellen).
Ter herinnering: De Federale overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid erkent de gediplomeerde artsen voor een bepaald specialisme. Om zorg te verlenen moeten de artsen ook bij de Orde der artsen ingeschreven zijn. De tandheelkundigen zijn de gediplomeerden in de tandheelkunde die gemachtigd zijn om hun beroep uit te oefenen.
De internationale instellingen onderscheiden zes categorieën van artsen: huisartsgeneeskunde, kindergeneeskunde, gynaecologie-verloskunde, psychiatrie, medische specialismen en heelkundige specialismen. De internationale instellingen onderscheiden vier categorieën van tandartsen: algemene tandartsen, orthodontisten, stomatologen en parodontologen.
Elk specialisme is gehergroepeerd in een van die 10 categorieën, met uitzondering van de niet-erkende artsen (zie hierna). Conform aan die internationale richtlijnen:
- zijn de urgentieartsen, de artsen van acute geneeskunde en ook de anesthesisten ondergebracht bij de heelkundige specialismen
- zijn de artsen-specialisten met een dubbel specialisme (bv. kinderarts met brevet van acute geneeskunde) geklasseerd in hun oorspronkelijk specialisme
- zijn de stomatologen gegroepeerd met de tandartsen en dus niet hernomen bij de artsen.
Artsen in opleiding zijn personen van wie het stageplan als arts-specialist of algemeen geneeskundige door de FOD Volksgezondheid is erkend en die bij de Orde der artsen zijn ingeschreven.
Hergroepering van andere gezondheidsberoepen
Sommige actieve beroepsbeoefenaars staan voor bepaalde specialismen dubbel geregistreerd (bandagist en verstrekker van implantaten, bandagist en orthopedist, vroedvrouw en verpleegster, enz.). Om dubbele registraties te verwijderen zijn bepaalde beroepen gegroepeerd.
- Apothekers: personen met een diploma van apotheker die een inschrijvingsnummer als apotheker hebben verkregen bij de FOD Volksgezondheid. In deze groep zijn de apothekers-biologen (apothekers die door de FOD Volksgezondheid erkend zijn om prestaties inzake klinische biologie te verrichten) de enigen waarvan de activiteit individueel bij het RIZIV is geregistreerd.
- Vroedvrouwen: gediplomeerden die door de bevoegde provinciale geneeskundige commissies voor vroedvrouwen (FOD Volksgezondheid) gemachtigd zijn om hun beroep uit te oefenen en van wie daarenboven bij het RIZIV bekend is dat ze hun beroep nog uitoefenen. Vroedvrouwen die ook een bekwaamheid van verpleegster hebben, zijn gegroepeerd in de groep verpleegkundigen-vroedvrouwen.
- Verpleegkundigen: gediplomeerden die door de bevoegde provinciale geneeskundige commissies voor verpleegkundigen (FOD Volksgezondheid) gemachtigd zijn om hun beroep uit te oefenen en die door de Dienst voor geneeskundige verzorging ingeschreven zijn op de lijst van de verpleegkundigen. De verpleegkundigen die ook een bekwaamheid van vroedvrouw hebben, zijn gegroepeerd in de groep verpleegkundigen-vroedvrouwen.
- Kinesitherapeuten: gediplomeerden in de kinesitherapie die erkend zijn door de FOD Volksgezondheid om hun beroep uit te oefenen.
- Paramedici: personen erkend door de bevoegde erkenningsraden, die meerdere RIZIV-bevoegdheidscodes kunnen bezitten. Zij zijn hoofdzakelijk gegroepeerd in 2 categorieën om dubbels te vermijden:
- een categorie die materiaal kan afleveren: bandagisten, orthopedisten, verstrekkers van implantaten (enkel degenen die geen apotheker zijn), audiciens, opticiens of orthoptisten (enkel degenen die geen apotheker zijn)
- een categorie die geen materiaal aflevert: logopedisten en voortaan ook de ergotherapeuten.
In de tabellen waren de omschrijvingen van de 2 categorieën de voorbije jaren verkeerd maar de cijfers stemden overeen met de categorieën zoals hierboven gedefinieerd.
N.B.: Diëtisten en podologen hebben hun categorie behouden omdat er geen dubbels zijn.
- Zorgkundigen: deze categorie die vanaf 2010 niet meer is opgenomen (zie hoger) omvatte de personen die specifiek zijn opgeleid om de verpleegkundigen onder hun toezicht bij te staan inzake zorgverlening, gezondheidsopvoeding en logistiek in het kader van door de verpleegkundige gecoördineerde activiteiten in een gestructureerde equipe.
Definitie van beroepsbeoefenaars met recht om prestaties te verrichten en actieve beroepsbeoefenaars
Beroepsbeoefenaars met het recht om prestaties te verrichten in het kader van de verzekering voor geneeskundige verzorging
- zijn aangerekende prestaties geven recht op terugbetaling van de verzekering.
- hij ontvangt de administratieve briefwisseling van het RIZIV.
- hij kan getuigschriften van verstrekte hulp en voorschriften bestellen.
- "65 en +": de beroepsbeoefenaars van 65 jaar en ouder
- "- 65": de beroepsbeoefenaars jonger dan 65 jaar.
Activiteitscriteria van de actieve beroepsbeoefenaars
- de kwantificering van de praktijken - de telling en de weging van patiëntencontacten (raadplegingen, bezoeken, adviezen, enz.) en aktes (voorschrift van geneesmiddelen, verzorging, technische onderzoeken)
- de bijzondere praktijkcontext (stagemeester, stagiair, medisch huis, ziekenhuis, geïntegreerde diensten, apotheek, enz.).
- Beroepsbeoefenaars met “profielen": beroepsbeoefenaars die tijdens het betreffende jaar meer dan één verstrekking hebben uitgevoerd krijgen een "profiel" bij ons.
- Sommige beroepsbeoefenaars hebben geen “profiel”, maar we hebben hun activiteit wel geregistreerd. Dat is het geval voor actieve beroepsbeoefenaars (jonger dan 65 jaar) die werken in een medisch huis (MH) dat het forfaitair betalingssysteem toepast, in een rust- en verzorgingstehuis (RVT), in een rustoord voor bejaarden (ROB) en voor de apothekers in een openbare apotheek.
Als aan een van de 2 criteria is voldaan, is de beroepsbeoefenaar in kwestie als “actieve beroepsbeoefenaar” in de tabellen opgenomen, in de kolom “praktijk”.