Correctie en precisering inzake uitgaven voor geneesmiddelen onder contract
16-04-2024
Volgend op een artikel in De Standaard, circuleren vandaag in de media cijfers inzake de uitgaven voor geneesmiddelen die tijdelijk via een overeenkomst worden terugbetaald, waarin een aantal interpretatiefouten worden gemaakt. Het RIZIV wil deze belangrijke cijfers verduidelijken met een aantal correcties en preciseringen.
Op deze pagina:
In 2022 bedroegen de bruto-geneesmiddelenuitgaven van de verplichte ziekteverzekering 6,5 miljard euro. Bruto wil zeggen dat er in dit cijfer geen rekening wordt gehouden met de compensaties die via voorschotten en afrekeningen door de farmaceutische industrie worden teruggestort in het kader van geneesmiddelen waarvoor een overeenkomst is afgesloten tussen de overheid en het bedrijf. De terugstortingen zijn een essentieel onderdeel van de risicodelende overeenkomst die de overheid en bedrijven sluiten voor deze geneesmiddelen. Deze terugstortingen door bedrijven zijn een ontvangst voor het RIZIV. Netto betekent dat er in de cijfers wel rekening wordt gehouden met deze ontvangsten. Het zijn deze netto-uitgaven die relevant zijn om de impact voor het gezondheidszorgbudget te bepalen.
De detailcijfers voor de bruto-uitgaven voor geneesmiddelen voor 2022 zijn nog niet volledig op dit moment omdat bedrijven nog gegevens kunnen indienen. Op basis van de huidige gegevens die het RIZIV heeft ontvangen, waren er in 2022 ongeveer 2,36 miljard euro aan uitgaven voor geneesmiddelen waarvoor een overeenkomst is afgesloten. In het artikel van De Standaard wordt op basis van boekhoudkundige gegevens van het RIZIV gesproken over 2,8 miljard, wat een overschatting is, gezien in deze gegevens ook uitgaven zitten voor geneesmiddelen die ondertussen uit contract zijn, alsook uitgaven voor geneesmiddelen waarvoor sommige indicaties niet onder contract vallen. In de gegevens die jaarlijks in het MORSE-rapport worden opgenomen, wordt daarmee rekening gehouden.
Om het aandeel van de uitgaven voor geneesmiddelencontracten binnen het totale geneesmiddelenbudget te bepalen, moeten de door de bedrijven definitieve gedeclareerde bruto-uitgavengegevens voor geneesmiddelen onder contract vergeleken worden met de totale bruto-geneesmiddelenuitgaven. Het voorlopige cijfer van 2,36 miljard gedeclareerde uitgaven voor geneesmiddelen onder contract, vergeleken met 6,5 miljard bruto-uitgaven in 2022, geeft aldus een voorlopig aandeel van 36%. Dit in tegenstelling tot het cijfer van 60% dat in het artikel van De Standaard wordt vermeld. Het percentage kan definitief worden bepaald op het moment dat alle declaraties door de bedrijven zijn gebeurd.
Bovendien moet er zoals hoger vermeld rekening mee worden gehouden dat voor de bruto-uitgaven voor geneesmiddelencontracten ook ontvangsten volgen. De ontvangsten ten opzichte van de uitgaven voor geneesmiddelencontracten zijn, zowel in absolute, maar ook in relatieve termen, de voorbije jaren sterk zijn gestegen. In 2011 bedroeg dit percentage 14,4%, in 2019 al 39,4% en in 2021 werd 53,8% van de uitgaven in het kader van geneesmiddelencontracten teruggestort door de bedrijven.
Er wordt gepland om het MORSE-rapport 2022, met een meer diepgaande analyse van de gegevens tot en met 2022, voor de zomer aan het Verzekeringscomité over te maken, en nadien te publiceren.
U kan de rapporten over de geneesmiddelenuitgaven hier raadplegen.