Gerelateerde pagina's
Statistieken over de uitkeringen verbonden aan de moederschapsbescherming van zelfstandigen in 2022
Deze statistieken hebben betrekking op de uitkeringen in het kader van de moederschapsbescherming van vrouwelijke zelfstandigen, bij een periode van moederschapsrust, een adoptieverlof of een pleegouderverlof.
Op deze pagina:
Aantal vrouwelijke zelfstandigen die een uitkering ontvangen in het kader van een moederschapsrust, een adoptieverlof of een pleegouderverlof
In het kader van moederschapsrust
In 2022 nam het aantal gevallen van moederschapsrust toe in vergelijking met het voorgaande jaar (+5,51%). Deze stijging in 2022 is echter minder uitgesproken dan de stijging van 2021 die 12,18% bedroeg.
Van het totaal aantal gevallen van moederschapsrust bevindt het grootste aantal zich in de leeftijdscategorieën tussen 30 en 34 jaar (48,55%) en tussen 35 en 39 jaar (21,93%).
In het kader van adoptieverlof
Het aantal uitgekeerde gevallen beperkt zich jaarlijks tot enkele tientallen adopties.
In het kader van een pleegouderverlof
Het pleegouderverlof is geïntroduceerd geweest op 1 januari 2019 en is van toepassing voor zelfstandigen die een minderjarig kind onthalen in het kader van langdurige pleegzorg.
In 2022 hebben er 37 gerechtigden gebruik gemaakt van dit verlof.
Uitgekeerde bedragen in het kader van een moederschapsrust of een adoptieverlof, en globale gemiddelde uitkering
In het kader van moederschapsrust
De uitgekeerde bedragen m.b.t. moederschapsrust zijn de afgelopen jaren aanzienlijk gestegen (met uitzondering van 2020). Tussen 2021 en 2022 is dit bedrag dat uitgekeerd werd aan vrouwelijke zelfstandigen opgelopen van 41.436.757 EUR naar 63.535.269 EUR, wat een toename van 53,33% voorstelt op één jaar.
Deze stijging wordt mede verklaard door de stijging van het aantal gevallen van moederschapsrust, maar ook en vooral door de maatregel die op 1 januari 2022 van kracht is geworden:
- Tot 31 december 2021 werden alle weken moederschapsrust vergoed op basis van één forfaitair bedrag. Sinds 1 januari 2022 kan het forfaitaire bedrag dat toegekend wordt in het kader van moederschapsrust variëren naar gelang de gerechtigde zich in een periode bevindt die zich in de eerste 4 weken van de moederschapsrust situeert of in een periode die begint vanaf de 5e week moederschapsrust.
- Naast de introductie van twee verschillende forfaitaire bedragen, zijn de wekelijkse forfaits ook aanzienlijk verhoogd ten opzichte van vroeger. Als gevolg van deze maatregel is het gemiddelde uitgekeerd bedrag voor moederschapsrust opgelopen van 4.977,39 EUR in 2021 naar 7.224,02 EUR in 2022, een stijging van 45,14%.
Deze stijging van de uitgekeerde bedragen wordt ook veroorzaakt door de verschillende indexeringen van 2% van de uitkeringen die plaatsvonden in januari, maart, mei, augustus, november en december 2022.
De bedragen die toegekend worden aan gerechtigden die als invalide erkend waren voor de aanvang van hun periode van moederschapsrust worden apart geboekt, en bedragen 463.185 EUR in 2022. Ook dit bedrag is hoger dan vorig jaar, door de maatregel die op 1 januari 2022 in werking trad en die zojuist hierboven werd besproken.
In het kader van een adoptieverlof
De uitgekeerde bedragen in het kader van een adoptieverlof vertonen een sterk wisselend verloop van jaar tot jaar. Het aantal uitgekeerde gevallen beperkt zich jaarlijks tot enkele tientallen adopties, waardoor een stijging of een daling van enkele gevallen reeds een sterke invloed kan hebben op de vastgestelde verschillen van boekjaar op boekjaar.
In het kader van een pleegouderverlof
Het totale bedrag dat uitgekeerd werd in het kader van het pleegouderverlof bedraagt 120.944 EUR in 2022. Dit bedrag is bijna verdubbeld ten opzichte van 2021, vooral door een sterke stijging in het aantal vergoede gevallen over een periode van één jaar.
Contacten
Dienst uitkeringen - Directie financiën en statistieken
Tel: +32(0)2 739 76 83
E-mail: finstat@riziv-inami.fgov.be