Doelmatig gebruik van de middelen
Ons Verzekeringscomité, onze Algemene raad en de regering wilden een methode ontwikkelen om de gezondheidszorgdoelstellingen te integreren in de strategische keuzes van de ziekteverzekering, dit in combinatie met een dynamisch meerjarig budgettair kader en meer focus op appropriate care – de juiste zorg op de juiste plaats en tegen de juiste prijs.
Het invoeren van indicatoren is een van de hefbomen om dit te bereiken, met als doel efficiëntiewinsten te bekomen door ondoelmatige zorg terug te dringen.
De vrijgekomen middelen worden terug geïnvesteerd in de gezondheidszorg.
Deze indicatoren zijn niet absoluut. Gemotiveerde uitzonderingen blijven mogelijk.
In die zin is een indicator een verantwoordingsdrempel.
Wat zijn indicatoren?
Indicatoren zijn een hulpmiddel om het onnodig dure of overbodige karakter van verstrekkingen en farmaceutische specialiteiten te evalueren. Zorgverleners mogen immers geen overbodige of onnodig dure verstrekkingen (laten) voorschrijven of uitvoeren op kosten van de verplichte ziekte- en uitkeringsverzekering. Indicatoren helpen ons de (on)doelmatigheid van zorg objectief te beoordelen.
De Nationale Raad voor Kwaliteitspromotie en het Comité voor evaluatie van de medische praktijk inzake geneesmiddelen definiëren deze indicatoren. Ook de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle, wetenschappelijke verenigingen en instellingen die een algemene bekendheid genieten kunnen bij de NRKP en het Comité voor evaluatie een wetenschappelijk dossier indienen, waarin een voorstel van indicator(en) is opgenomen.
Waarom indicatoren?
Indicatoren zijn maatstaven die duidelijk de grens aangeven tussen appropriate en inappropriate care. De patiënt is de eerste belanghebbende. Het is belangrijk dat die maatstaven ondubbelzinnig bepaald zijn, dat ze algemeen bekend zijn en dat de naleving ervan wordt opgevolgd. Daarom nemen we voor elke indicator de volgende stappen:
- De NRKP keurt een ondubbelzinnige drempelwaarde goed waarmee de zorgverlener zijn/haar voorschrijf- en aanrekengedrag objectief kan opvolgen en eventueel aanpassen.
- Zorgverleners worden via verschillende kanalen geïnformeerd over die drempelwaarde.
- De indicator wordt bekendgemaakt in het Belgisch staatsblad
- Deze website herhaalt die bekendmaking en geeft bijkomende achtergrondinformatie over de indicator.
- Het RIZIV sensibiliseert alle betrokken zorgverleners per e-mail over de relevantie van de indicator voor hun praktijkvoering en voor appropriate care.
- Na verloop van tijd wordt geëvalueerd in welke mate zorgverleners in hun praktijkvoering daadwerkelijk rekening hebben gehouden met de drempelwaarde.
- Bij overschrijding van de drempelwaarde kan de zorgverlener ter verantwoording worden geroepen. Als de overschrijding niet te verantwoorden is, kunnen aangepaste maatregelen worden genomen.
Zorgverleners kunnen dankzij ondubbelzinnig bepaalde indicatoren eerst zelf hun aanreken- en voorschrijfgedrag evalueren. Indien nodig zullen bijkomende maatregelen hen aanzetten tot gedragswijziging naar meer appropriate care. Dat kan bv. via bijkomende sensibilisering, waarschuwing, vaststellingen die kunnen leiden tot recuperatie van onterecht betaalde bedragen aan zorgverleners, enz. Met dergelijke maatregelen streven we naar meer appropriate care in het belang van de patiënt. Het tegendeel, inappropriate care, betekent immers niet alleen overbodige uitgaven, maar ook risico’s voor de patiënt. Elke ingreep houdt immers risico’s in.
De patiënt zal sowieso de nodige zorgen blijven krijgen.
Welke indicatoren zijn er?
Er zijn indicatoren over:
- het voorschrijven en uitvoeren van overbodige verstrekkingen,
- het voorschrijven en uitvoeren van onnodig dure verstrekkingen,
- het overbodige voorschrijven van farmaceutische specialiteiten,
Hier vindt u een overzicht van de vastgelegde indicatoren van manifeste afwijking van goede medische praktijk:
De verstrekking met nomenclatuurcode 276636-276640, mag per kalenderjaar slechts voor 45% van het totaal aantal verstrekkingen per zorgverlener bij patiënten ouder dan 50 jaar worden aangerekend.
De indicatoren treden in werking op de dag van de publicatie in het Belgisch staatsblad.