Patiënten op intensieve zorg : verstrekkingen neuropsychiatrie en anesthesie
Als u nomenclatuurverstrekkingen aan patiënten op ‘intensieve zorg (IZ)’ aanrekent, dan moet u rekening houden met enkele aandachtspunten wat betreft neuropsychiatrie en anesthesie.
Op deze pagina:
Aandachtspunten neuropsychiatrie
- Voor de verstrekkingen 477116-477120 (elektromyografie) en 477131-477142 (elektro-encefalografisch onderzoek met verslag) wordt een verhoging toegekend van 50% voor patiënten opgenomen in een erkende functie voor intensieve zorg. Er kan bovendien 13 % extra worden aangerekend wanneer het een kind jonger dan 7 jaar betreft.
- Er is een ‘dagplafond’ van K125 betreffende de aanrekening van de verstrekkingen 478052 t.e.m. 478122. Dit plafond blijft behouden bij de aanrekening indien de waarde van de verstrekkingen 477116 - 477120 (electromyografie), 477131 -477142 (elektro-encefalografisch onderzoek met verslag) en 478096-478100 ( registratie van de somatosensitieve geëvoceerde potentialen) bijkomend worden verhoogd met 50% bij een patiënt opgenomen in een erkende functie voor intensieve zorg.
Artikel 20 f) , neuropsychiatrie:
"Voor de verstrekkingen nrs. 477116 - 477120 en 477131 - 477142 verricht bij kinderen jonger dan 7 jaar wordt de betrekkelijke waarde verhoogd met 13 %."
"De waarde van de verstrekkingen 477116-477120, 477131-477142 en 478096-478100 wordt verhoogd met 50 % wanneer ze uitgevoerd worden op een opgenomen patiënt in een erkende functie voor intensieve zorg."
Aandachtspunten anesthesie
De verstrekkingen van art. 13 §1, A , B en C mogen worden aangerekend bij een patiënt bij wie een heelkundige ingreep is verricht waarvan de betrekkelijke waarde gelijk is aan of hoger dan K 500 of N 700 of I 700, niet ingeval deze kleiner is. Er moet wel ook voldaan zijn aan de voorwaarden in verband met aanrekening die zijn opgenomen in artikel 13.
Artikel 12 (anesthesie) ,§ 3, 2° bepaalt dat de honoraria voor anesthesieverstrekkingen vermeld in de rubrieken a), b) en c) onder meer omvatten:
“d) het postoperatief toezicht op de gevolgen van de anesthesie. Niettemin mogen de verstrekkingen van artikel 13 paragraaf 1, A, en de verstrekkingen 355095-355106, 355110-355121 worden aangerekend bij een patiënt bij wie een heelkundige ingreep is verricht waarvan de betrekkelijke waarde gelijk is aan of hoger dan K 500 of N 700 of I 700.
In diezelfde omstandigheden kunnen ook de verstrekkingen van artikel 13, paragraaf 1, B en C, worden aangerekend indien aan alle voorwaarden wordt voldaan inzake de omschrijving van de verstrekking, de plaats waar de verstrekking wordt verleend en de kwalificatie van de verstrekker.”